Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [16]Israel heeft gezondigd; en zij hebben ook [17]Mijn verbond, hetwelk Ik hun geboden had, overtreden; en ook hebben zij van [18]het verbannene genomen, en ook [19]gestolen, en ook [20]gelogen, en hebben het ook onder hun gereedschap gelegd. 16. Dat is, een onder de Israelieten; te weten, Achan. 17. Dat is, mijn gebod, waartoe zij zich in het verbond verplicht hebben, om hetzelve te onderhouden. Zie boven, hfdst.6 vs.18. 18. Te weten, hetwelk Ik bevolen heb, dat men zou verbannen, hfdst.6 vs.18. 19. Te weten, hetgeen men had behoren te brengen in de schatkamer des Heeren, boven, hfdst.6 vs.19. 20. Anders, geloochend, ontkend.